vooral Duitsland
(verder Noord-Amerika en Europa.)
Een bosbewonende insecteneter.
Leptictidium is een van de vreemdste zoogdieren die ooit geleefd hebben. Hij rende of hopte op twee poten, en is samen met de hominiden en de kangoeroe's dus het enige
zoogdier dat zich permanent op twee poten voortbewoog. Zijn familie ontstond in het laat Krijt en overleefde de meteorietinslag
zoals de meeste zoogdieren. Er zijn vele species gevonden, waarvan drie in de Messelschaliën. Leptictidium tobieni is de grootste met iets minder dan een meter.
Meer dan de helft daarvan is staart, dus het is evengoed een klein diertje. Uit gefossiliseerde maaginhoud weten we dat Leptictidium vooral
insecten at, en soms kleine hagedissen, kikkers of muizen. In het Oligoceen stierf de Leptictidium en diens familie uit, doordat de regenwouden
waarin ze leefden zich terugtrokken. Leptictidium was duidelijk een bosdier, en niet geschikt om op de open vlakte te leven.
Rennend of springend?
Of Leptictidium zijn lange achterpoten gebruikte om te rennen of te springen of allebei, daar wordt nog altijd over gediscusceerd. Er zijn maar weinig zoogdieren die op twee poten
vooruit kunnen komen, dus er is weinig vergelijkingsmatriaal. Zoogdieren met een kleine of zonder staart, zoals beren en de Hominiden, lopen rechtop, met de ruggengraad in de hoogte.
De zoogdieren met een lange staart, zoals kangoeroe's en dus ook de leptictidium houden hun rug meer parallel met de grond, net als vogels en de tweebenige dinosaurussen. Die staart
zorgt dan voor het evenwicht. Leptictidium lijkt wel een beetje op een kangoeroe maar is met geen van al die dieren verwant. Uit het skelet worden we ook niet veel wijzer, aan de ene
kant zijn de kniegewrichten te fragiel om de schokken van het springen op te vangen, maar aan de andere kant zijn de lange voeten niet geschikt om te rennen, maar veel meer om te springen.
In Walking with Beasts heeft men voor springen gekozen, maar eigenlijk weet niemand hoe hij zich voortbewoog...